Platform verontrust over aantasting vrijheid van meningsuiting

P E R S B E R I C H T Platform tegen de 'Nieuwe Oorlog'

Utrecht, 21 oktober 2003 - Het Platform tegen de 'Nieuwe Oorlog' heeft met verontrusting kennisgenomen van de uitspraak van de Politierechter te Den Haag van vandaag in de zaak Stelling. Die zaak betreft de actie van het Platform op 25 juni 2003 in Den Haag. Toen werden in samenwerking met het Iraaks Platform in Nederland, pamfletten uitgereikt bij de Tweede Kamer, gericht tegen de uitzending van Nederlandse troepen naar Irak. De actievoerders waren daarbij allen gekleed in een T-shirt met de opschriften: 'Geen troepen' en 'Irakezen baas in eigen land'.

De politie te Den Haag meende op 25 juni 2003 dat er sprake was van een demonstratie waarvoor geen vergunning was verleend. Om die reden werd de opdracht gegeven de demonstratie te ontbinden. Verhinderd werd dat op het Plein pamfletten werden uitgereikt. Mr. Meindert Stelling, voorzitter van de Vereniging van Juristen voor de Vrede, verwijderde zich van de overige actievoerders van het Platform en ging op z'n eentje pamfletten uitreiken bij de hoofdingang van de Tweede Kamer aan het Plein. Toen ook aan hem persoonlijk door een politiefunctionaris de opdracht werd gegeven zich te verwijderen, weigerde hij daaraan gevolg te geven en bleef hij doorgaan met de uitreiking van pamfletten. Voor die weigering diende mr. Stelling zich op 7 oktober jongstleden te verantwoorden voor de politierechter.

Strijdig met de Grondwet

De politierechter heeft mr. Stelling overeenkomstig de vordering van het Openbaar Ministerie vandaag veroordeeld tot een boete van 110 euro. In het vonnis wordt gesteld dat het dragen van T-shirts met eenzelfde tekst een demonstratie is. Er wordt voorbijgegaan aan het feit dat mr. Stelling zich van de overige actievoerders had verwijderd en op z'n eentje pamfletten uitreikte bij de Tweede Kamer. De politierechter is evenmin ingegaan op de reden voor de politievordering om de vermeende demonstratie te ontbinden, te weten dat daarvoor geen vergunning was verleend. Een reden die strijdig is met de Grondwet en met de Wet openbare manifestaties. Daarop is tijdens de terechtzitting op 7 oktober uitdrukkelijk gewezen.
Evenmin is de politierechter ingegaan op het verweer dat uitsluitend tot ontbinding van een demonstratie kan worden overgegaan, indien de volksgezondheid, de veiligheid van het verkeer of de openbare orde daartoe noodzaken. Van een dergelijke noodzaak was op 25 juni 2003 in het geheel niet gebleken. Die noodzaak is door het Openbaar Ministerie ook niet gesteld. Het Openbaar Ministerie baseerde zich slechts op het ontbreken van een vergunning.

Het Platform tegen de 'Nieuwe Oorlog' ziet de uitspraak van de politierechter als een nadere illustratie van de uitholling van grondrechten in Nederland. Het Platform heeft daarop al eerder gewezen. Openbare manifestaties en de verspreiding van pamfletten worden op onwettige wijze tegengegaan; actievoerders worden preventief opgepakt en gecriminaliseerd.

De politierechter geeft in zijn vonnis van vandaag uitdrukkelijk aan dat hij heeft kennisgenomen van de principiele aspecten van de zaak Stelling. In zijn overwegingen getuigt het vonnis evenwel niet van enig respect voor de vrijheid van meningsuiting en voor de vrijheid van demonstratie.

Mr. Stelling zal tegen deze uitspraak in beroep gaan.

---

Noten voor de pers:

Contactpersoon namens het Platform tegen de 'Nieuwe Oorlog':
Mark Akkerman, 06-10328106

Mr. Meindert Stelling is bereikbaar op: 0172-473687

_____
menu | dDH